Wegens succes wederom beschikbaar! Profiteer van 20% korting met productiewijze 'Extra Budget' (t/m 20 dec)

Blog - Ontwerpen

5 basistips voor Adobe illustrator

Wil jij graag Adobe illustrator aanschaffen? Maar weet je niet waar je moet beginnen? We snappen dat je het zonde vind van je tijd om tutorials te kijken die een uur (of langer) duren en waar je vervolgens geen gebruik van gaat maken. Daarom hebben wij de belangrijkste tips & tricks voor je op een rijtje gezet, zodat je weet wat je moet oefenen en Adobe illustrator binnen no time onder de knie hebt. 

Gebruik de pen tool

De pen tool ziet er, vooral voor beginners, erg ingewikkeld uit waardoor veel mensen hem links laten liggen. Maar dit is zonde! Met de pen tool kun je hele mooie ontwerpen maken. Met de pen tool kun je precieze lijnen en vormen maken door ankerpunten te plaatsen en deze met elkaar te verbinden. Je kunt rechte lijnen tekenen, maar ook vloeiende bochten door de lijnen te buigen. Het vergt even oefening, maar zodra je de basis onder de knie hebt, kun je echt elk ontwerp maken dat je in gedachten hebt!

Vormen en Pathfinder 

De pathfinder is ideaal om eenvoudige vormen, zoals rechthoeken, cirkels en lijnen, te combineren tot iets complexers. Start bijvoorbeeld met een paar basisvormen en gebruik de functies in het Pathfinder-paneel om ze samen te voegen, uit te snijden of overlappende delen te verwijderen. Zo kun je in een paar klikken unieke en ingewikkelde ontwerpen maken. Je kunt pathfinder vinden bij venster > Pathfinder.  

Werk in lagen

Net als in andere Adobe-programma’s werk je in Illustrator met lagen. Lagen dienen als transparante vellen papier die je op elkaar stapelt. Elk vel bevat een deel van je ontwerp, zoals tekst, vormen of afbeeldingen. Door elementen op verschillende lagen te plaatsen, kun je ze afzonderlijk bewerken zonder de rest te beïnvloeden. Dit maakt werken met complexe ontwerpen veel overzichtelijker! Gebruik het lagenpaneel (Window > Layers) om elementen op aparte lagen te plaatsen. Zo kun je makkelijk dingen aanpassen zonder per ongeluk iets anders te verschuiven. Handig: je kunt lagen vergrendelen als je ze niet wilt wijzigen of tijdelijk verbergen om je te concentreren op specifieke onderdelen.

Spelen met kleuren

Met kleur en gradients kun je je ontwerp echt tot leven brengen. Gebruik het Kleurpaneel (Window > Color) om kleuren toe te voegen aan je vormen. Je kunt een vorm vullen met een effen kleur (Fill) of alleen de rand van een vorm een kleur geven (Stroke), afhankelijk van de look die je wilt creëren. Wil je wat meer diepte of dynamiek in je ontwerp? Experimenteer dan met het Gradient-paneel (Window > Gradient) om kleurverlopen toe te voegen, waarmee je subtiele overgangen of opvallende effecten kunt maken. Er zijn verschillende soorten verlopen, zoals lineair, radiaal en hoekverloop, die de manier waarop de kleuren zich over je object verspreiden, bepalen. Daarnaast kun je kleurstoppen verplaatsen om de overgang tussen kleuren te verfijnen of transparantie toevoegen voor extra effect. Experimenteren met deze opties maakt het mogelijk om je ontwerp een subtiele of opvallende uitstraling te geven.

Penseel tool en lijnen (strokes)

Met het penseel tool kun je lijnen tekenen en helemaal aanpassen zoals jij wilt. Strokes zijn lijnen die de randen van vormen of paden omlijnen. Je kunt dunne of dikke lijnen maken en de stijl aanpassen om rechte lijnen, stippellijnen of onderbroken lijnen te creëren. In het Stroke-paneel kun je ook de uiteinden (caps) en hoeken (corners) van een lijn aanpassen, bijvoorbeeld rond, scherp of afgeschuind. Daarnaast kun je bepalen of de stroke aan de binnenkant, buitenkant of precies over de rand van een vorm loopt.